Worst met rodekool en appel

Bereidingswijze

• Snij de ui fijn. Smelt de helft van de boter in een kookpot op een zacht vuur en voeg de ui toe. Stoof de ui gaar. Voeg dan de rodekool en per persoon 75 milliliter water toe.
• Schil ondertussen de appel en snij in kleine blokjes. Rits de blaadjes van de takjes tijm. Voeg de appel toe aan de rodekool, samen met de tijm, de laurier en de suiker. Kruid met peper en zout. Laat 25 minuten zachtjes verdergaren onder deksel, roer regelmatig om.
• Schil de aardappelen en snij ze in gelijke stukken. Kook gaar in 20 minuten in gezouten water.
• Hak de krulpeterselie fijn. Smelt de rest van de boter in een pan en bak de braadworsten gaar, ongeveer 5 minuten per kant. Proef of de rodekool gaar is, en voeg de wittewijnazijn toe.
• Schep de braadworsten uit de pan en voeg per persoon 100 milliliter water en de mosterd toe. Bestuif met de bloem en verkruimel er de aangegeven hoeveelheid runderbouillon bij. Meng alles goed door elkaar en laat kort inkoken. Breng de vleessaus op smaak met peper en zout.
• Serveer de braadworsten met de rodekool, de vleessaus en de gekookte aardappelen. Werk af met de peterselie.