Thaise curry met kippenballetjes

Bereidingswijze

• Snij de helft van de ui fijn, snij de andere helft in halve ringen. Snij de groene paprika in fijne reepjes.
• Kook de rijst: breng per persoon 150 milliliter licht gezouten water aan de kook en voeg de rijst toe. Zet een deksel op de pot en draai het vuur laag. Laat 10-13 minuten zachtjes koken tot alle water opgenomen is en de rijst gaar is. Roer de rijst los met een vork.
• Doe het maïszetmeel in een kommetje. Doe het kippengehakt in een kom, samen met de panko, de fijngesneden ui en een snuf peper en zout. Meng goed en rol er met vochtige handen gehakballetjes van, ongeveer 5 balletjes per persoon. Rol de gehaktballetjes dan door het maïszetmeel.
• Verhit de helft van de arachideolie in een wok en bak de kippenballetjes 5 minuten rondom aan tot ze mooi goudbruin kleuren. Schep uit de wok en hou warm onder aluminiumfolie.
• Verhit de rest van arachideolie in de wok en voeg de uiringen en groene paprika toe. Roerbak 3 minuten en voeg dan de aangegeven hoeveelheid panang currypasta toe (voeg minder toe als je niet van pittig houdt). Meng goed en roerbak opnieuw 1 minuut. Voeg de kokosmelk toe, meng goed tot je een egale saus hebt en breng aan de kook. Voeg de kippenballetjes opnieuw toe en laat nog 5 minuten verder garen. Snij ondertussen de lente-ui in ringen.
• Proef en kruid de curry eventueel bij met peper en zout. Serveer de rijst met de panang curry en kippengehaktballetjes. Werk af met de lente-ui.